Het is een aardige manier om een poëziecollectie te
gebruiken: af en toe eens met de ogen dicht voor de kasten te gaan staan en er
op goed geluk een bundel uit pakken, en daaruit weer een willekeurig gedicht te
plukken. Deze keer kwam De doden
zoeken een huis van Cees Nooteboom te voorschijn. Daaruit, van
bladzijde 14 des ondanks hoopvol:
slechte regen staande
als schutting rond je schouders – en
met je mond vergroeiend het oudworden
naderend langs een zichtbare weg – en
des
ondanks
aan het halsstarrige lichaam bloemenaan je vingers de hoop van ochtendmist.