Er is in het
Nederlands geen woord dat rijmt op herfst. Dat weten de meeste mensen wel. Maar
er zijn meer woorden waarop niets deftig rijmt: andijvie, beitel, borsjtsj,
dertig, fuchsia, kiosk, nieuws, ordner, pauze, polka, puzzel, rasp, slordig,
stolp, turbo, twaalf, twintig, veertig, verkleumd, vijftig, wereld, wulps en
zilver. Het bekendste voorbeeld van een woord zonder rijmwoord in het Engels is
month. Maar ook in die taal zijn er meer: borshch, dangerous, kiosk, marathon,
ninth, opus, orange, pint, purple, silver en wolf. In het Duits zijn het er
meer: Amsel, Borschtsch, Echo, Falsch, Fenchel, Gehölz, Gemälde, Honig, Kiosk, Mensch,
Mönch, Musik, Onkel, Orgel, Pfirsich, Rüpel, Ramsch, Silber, Stöpsel, Vesper en
Zwölf. Eigenaardig dat deze Germaanse
talen elk drié ‘dezelfde’ woorden hebben waarop niets rijmt: borsjtsj /
borshch / Borschtsch, kiosk / kiosk / Kiosk en zilver / silver / Silber.