“Als
ze Beethoven spelen zie ik altijd strenge zuilen voor me, die tot in de hemel
reiken, verder niet, en ik zie daar beneden wat mensen staan die de zuilen
proberen aan te raken of misschien wel om te zagen, en wat er met die mensen
gebeurt weet ik niet, de componist zorgt ervoor dat ik dat niet te weten kom. Ze
zullen wel ruzie krijgen of iets van dien aard. Hoorngeschal.” Tot zover dit
citaat uit Krijgsgewoel, van Armando.