Met gesloten ogen voor de
poëziekast. Welke bundel zal ik er nu weer uit halen? En welk gedicht zal ik nu
zonder te kijken te voorschijn bladeren? Het wordt Herderstas van Marko Fondse (Uitgeverij Van Oorschot, 1984) waarvan
ik bladzijde 44 opsloeg, met daarop Lepus
timidus:
Die altijd wordt gejaagd
zou die verlegen zijn?
– beeld van de ziel
die haken slaatwaar anderen kruisen.
O, haas te worden –
ironie
van zielsverhuizing.