Eens in de maand ga ik voor deze rubriek met de ogen dicht voor mijn poëziekast staan om daar een willekeurige
bundel uit te nemen. Deze keer is dat Verhinderd
te ontvangen van Bies van Ede (Uitgeverij WEL, Bergen op Zoom, 1982),
waaruit ik op bladzijde 46 het gedicht Volmaakte
resten opensloeg:
In
dit huis kan ik opkijken
van
dingen die de mijne zijn.
Het
tikken van de hete kachel,
of
hoe het venster langs klimop
gaat,
in de wind.
Alle
vormen van geluk beheers ik;
het
wasgoed aan de lijn, een vaas
bloemen
op tafel, een boek
dat
in zichzelf vertelt als
een
oude vrouw.
Zo
vredig dit huis, zo van mij
dat
ik er woon alsof ik
hier
nooit geweest ben.