woensdag 27 juli 2022

Eigenwijs volk


Het is zuiver beschouwd op quasi álle terreinen dat de Engelsen af willen wijken, niet mee willen doen en hun eigen gang gaan. Niet alleen op politiek vlak (Na de Brexit zijn ze helemaal, om met Poetin te spreken, ‘een onbeduidend eiland ten westen van Europa’), maar ook wat de taal betreft. Dat viel me op toen ik zag hoe in de Germaanse talen (en ja: het Engels is een Germaanse  taal) vogel (Duits, Letzeburgs, Nederlands) wordt genoemd. Fugl in het Deens, IJslands en Noors, fägel in het Zweeds, voël in het Afrikaans, Fuglur in het Faraoes en fûgel in het Fries. Wat zeggen de Engelsen? Juist: bird. Je zou denken dat het een linguistisch incidentje is, maar neen. Neem hond (Afrikaans, Nederlands, Letzeburgs): hundur in het Faraoes en IJslands, hûn in het Fries en hund in het Deens, Duits, Noors en Zweeds. Wie moeten er weer een woord hebben dat niet aan de andere verwant is? Juist, de Engelsen met hun dog. Je zou ze nog gaan verdenken van ingeboren recalcitrantie.