donderdag 8 december 2016

Uit de kast (LIV): De Haes

Eens in de maand ga ik voor deze rubriek voor de poëziekast staan om daar met de ogen toe op goed geluk een bundel uit te plukken en daaruit een willekeurige bladzijde op te slaan. Ditmaal pakte ik Gedichten van Jos De Haes (Lannoo/Atlas, Tielt-Amsterdam, 2004). Daaruit bladerde ik ‘blind’ bladzijde 45 op, met Nacht:

De vlerken van het kwaad
werden gezien op dak
en torenspits, want laat
is ’t vlees verhit en zwak.

Ook de engel werd gezien,
hij dreef in blinderijl
en tekende onvoorzien
hier rood daar zwart een spijl.