Mooie bundel, die ik deze keer met de ogen toe uit de
kast pak. Miroirs – Gedichten vanaf 1946
(Querido, Amsterdam, 2002) van Christine D’Haen mag even op het nachtkastje
blijven liggen. Ik sloeg er bladzijde 173 van op, en mijn oog viel op Moerae 41:
Fijn oortje, hoor je
in je strikt labyrinth
met juiste stemval
elk woordje van hem?