Eigenaardig hoe
enkele talen in eenzelfde taalfamilie op een bepaald woord soms wezenlijk af
kunnen wijken. Neem het woord brood, dat in vrijwel alle Germaanse talen
min of meer hetzelfde is: brood (zelfs in het verre Afrikaans, dat ook
een Germaanse taal is natuurlijk), bread, Brot, bröd, brød,
brauð. De ‘spelbrekers’ zijn hier het Fries en Nedersaksisch waarin
brood respectievelijk bôle en stoete is. Tot zover dit Gemengd
Bericht.