Wie op zijn gemakske de Passer domesticus,
de huismus, wil bestuderen moet tegenwoordig eigenlijk naar de dierentuin. Het
zogenaamd ordinaire vogeltje (Ik vind het een van de mooiste) is in onze nabije
omgeving allengs minder te zien omdat er amper meer kreupelhout,
toegankelijke dakgoten en struikgewas zijn. Maar in de volière in de Zoo voelen
mussenvolkjes zich thuis. In de struiken zijn ze nauwelijks te tellen, en ze
wassen zich op hun gemakje vlak voor je voeten zonder op te schrikken.